Verschillende soorten dreads
Er zijn veel verschillende soorten dreads en hierdoor ook meerdere methodes om zelf dreads te maken. Om te beslissen welke methode je het beste kan gebruiken moet je eerst weten wat voor soort dreads je graag wilt maken.
Enkele of dubbele dreads
Begin met het kiezen tussen enkele of dubbele dreads.
Dikte van de dreads
Wanneer je hebt besloten om voor enkele of dubbele dreads te gaan, bepaal je de dikte van je dreads. Je kunt je dreads zo dun of dik maken als je zelf wilt. Bij hele dikke dreads is het wel belangrijk om op te letten dat je dreads uiteindelijk niet te zwaar worden.
Je kan gladde of gehaakte dreads maken. Gladde dreads worden gemaakt door te touperen en daarna te sealen. Gehaakte dreads hebben een iets echter/natuurlijker uiterlijk. Dit komt omdat Echte Dreads vaak ook gemaakt worden met een haaknaald.
De gehaakte dreads geven meestal de beste kwaliteit, omdat je door het haken de haren echt vastknoopt/klit. Dit krijg je niet direct los, wat de dreads steviger maakt. Daardoor zijn ze herbruikbaar. Dreads die alleen getoupeerd en gestoomd worden kun je trouwens ook makkelijk meerdere keren dragen. Je kan de dreads na een aantal keer invlechten altijd opnieuw sealen/stomen. Hierdoor heb je nog veel langer plezier van je dreads!
Het haar verdelen en de lengte bepalen
Verdeel het haar per pak. Hierdoor weet je precies hoeveel dreads je uit een pak haalt en kan je als je het volgende pak openmaakt eenzelfde verhouding aanhouden.
Deel het haar eerst door de helft en vervolgens de helften ook weer door de helft. Hierdoor krijg je vier gelijke plukken, die je vervolgens nog in tweeën of in drieën kan verdelen. Ga door met het delen tot je de dikte van de dreads die je wilt maken hebt bereikt.
Bij het middelste stukje van het haar (waar het haar dubbel zit) komt je aanzetstukje. Enkele dreads hebben een lusje, wat je maakt op het midden van het Henlon Haar. Je vouwt het haar dan dubbel, dus worden je dreads ook dubbel zo dik.
Nu je de juiste dikte van je dreads hebt gevonden, kan je beginnen met het bepalen van de lengte.
De lengte die je meet is dubbel, omdat je bij de enkele dreads het haar uiteindelijk dubbel vouwt. Bij dubbele dreads heb je twee uiteinden, dus werkt dit hetzelfde.
Voor dreads van 30 cm kun je het haar gewoon doormidden knippen. Hierdoor krijg je twee stukken van 60 cm. Voor langere dreads kan je een stuk van het haar afknippen of natuurlijk de gehele lengte gebruiken.
Shuffelen (het haar bij de punten uitdunnen)
Nadat je de lengte bepaalt hebt, kan je het haar shuffelen. Dit doe je zodat de uiteinden van je dreads mooi aflopen tot een puntje.
Om het haar te shuffelen pak je het haar per pluk vast en deel je deze pluk in tweeën. Vervolgens leg je het midden weer op elkaar, maar doe dit zo dat de middenstukjes niet precies op elkaar liggen. Er ontstaat hierdoor onderaan het Kanekalon Haar wat lengteverschil. Hierdoor worden de punten van het haar dat je vast hebt al iets dunner.
Herhaal dit een aantal keer en zorg ervoor dat je de ene keer het plukje iets naar voren legt en de keer daarrna iets naar achter.
Als je dit een paar keer hebt gedaan, is het haar klaar om getoupeerd te worden!
Touperen
Maak het Haar vast. Bij dubbele dreads klem je het haar in het midden vast, zodat je één kant per keer kan touperen. Bij enkele dreads vouw je het haar dubbel om een stang. Deze moet wel een open uiteinde hebben, zodat je de dreads eraf kan schuiven als je klaar bent.
Als het nephaar goed stevig vast zit, kan je beginnen met touperen. Begin bij het aanzetstukje en toupeer zo strak mogelijk. Hoe meer je toupeert, hoe steviger je dreads worden!
Haken van de dreads (niet noodzakelijk)
Na het touperen kan je je dreads vasthaken met een kleine haaknaald. Doordat de haaknaald klein is maak je zo min mogelijk gaten in je dreads. Begin met het haken bij het aanzetstukje en werk dan rondom steeds verder richting de punt. Het haken van je dreads kost wel een beetje oefening. Probeer ervoor te zorgen dat je zo min mogelijk bobbels en bultjes aan de binnenkant van je dreads krijgt. De techniek is heel verschillend per stijl die je wilt creëren. Probeer eerst op wat teststukjes uit hoe je de dreads krijgt die jij mooi vindt, zodat de dreads die je uiteindelijk gaat dragen zo veel mogelijk hetzelfde zijn.
Stompe puntjes hoef je niet meer te sealen. Bij uitlopende punten kan je het gedeelte wat niet meer gehaakt is nog sealen.
Klaar?
Probeer niet te veel in je dreads te knippen. Een paar pluisjes en iets van de lengte afhalen kan wel, maar seal de dread nadat je dit gedaan hebt opnieuw.
Hoe meer haartjes je wegknipt, hoe minder stevig je dreads worden en blijven.
Mocht je enkele dreads gemaakt hebben, dan kan je het lusje (aanzetstukje van je dread) nog extra verstevigen door net onder het lusje de dread goed vast te knopen met garen.
Heel veel succes en plezier toegewenst bij het maken van je dreads!
-X- Renate
